Terug

What's in a name?


3/14/2019


What’s in a name?

Het woord restaurant zou afgeleid zijn van het Latijnse opschrift dat de Parijzenaar M. of A. Boulanger (waarschijnlijk niet zijn echte familienaam, maar de benaming van zijn beroep) in 1765 boven de deur van zijn zaak aanbracht: Venite ad me omnes qui stomacho laboratis et ego vos restaurabo (komt allen tot mij, die maagklachten hebt en ik zal u beter maken). In casu wou hij dat bewerkstelligen door ... soep op te dienen.

In de Dikke Van Dale, het Groot Woordenboek van de Nederlandse taal, wordt een restaurant omschreven als een publieke gelegenheid waar men koude en warme maaltijden (en daarbij dranken) kan gebruiken en waar personeel aan tafel bedient.

Voor mijn part is een ‘echt’ restaurant vandaag nog steeds die zaak waar een klant enkel terecht kan tijdens lunch- of dinnertijd, van hem verwacht wordt dat hij drie gerechten (voor-,  hoofd- en nagerecht) uitkiest, hetzij à la carte hetzij uit een voorgesteld menu, begeleid door een wijnkaart en hij uiteraard aan tafel door personeel bediend wordt.

Einde verhaal? Neen. Er zijn immers restaurants die in hun uithangbord het woord brasserie, bistro(t), trattoria, gastrobar enzovoort opnemen.

Wikipedia omschrijft een brasserie (het Franse woord voor brouwerij) als een horecagelegenheid waar men iets kan eten en/of drinken. Als oorsprong het Duitse Brauhaus: een brouwerij waar het bier ter plekke kon worden geconsumeerd. Dergelijke brouwerijen met café bestonden ook in de Elzas, waar ze de Franse naam brasserie kregen. Nogal wat Elzassers openden einde van de 19de eeuw een dergelijke brasserie in Parijs. Soortgelijke gelegenheden waar zelf geen bier meer werd gebrouwen, gebruikten op den duur ook die benaming. Zo ontstond de typisch Parijse brasserie: een ruime zaal met grote vensters en spiegels, vaak met een terras en waar men zowel kon eten als drinken. Kenmerkend voor de Parijse brasserie was ook dat men er steeds dezelfde schotels à la carte kon eten zoals oesters, foie gras, biefstuk met frieten, zuurkoolmosselen, ...

De Franse bistro(t) daarentegen was een veel kleinere, eenvoudige eetgelegenheid met ook simpele maaltijden. De naam komt uit het Russisch en betekent snel of vlug! Maak vaart met de bestelling: Bystrò! Franse soldaten die na Napoleons Russische veldtocht in 1815 terugkeerden van het oostfront brachten het idee voor een eethuisje zonder pretenties mee. Zij hadden voor weinig geld simpele maaltijden gegeten in kale lokalen, zittend aan houten tafels met onder hun bord een stuk papier dat ook dienst kon doen als servet. De Franse bistrokeuken werkte alzo creatief met wat ruim voorhanden en dus goedkoop was: stoofvlees, ingewanden (niertjes, lever, pens, darmen, kopvlees), slakken,.. De prijzen lagen onder die van de brasserie en een restaurant.

Volgens voormelde internetencyclopedie is een trattoria een Italiaanse eetgelegenheid waar het menu hoofdzakelijk uit landelijke, vaak regionale recepten bestaat. Daarnaast is het er over het algemeen minder chic en formeel dan in een ristorante.

Een gastropub (of gastrobar) is niet meer of niet minder dan de Engelse benaming voor een eetcafé: een pub, bar of café waar ook maaltijden verkregen kunnen worden.

Vlaamse consumenten en horecabezoekers associëren de door hen bezochte gelegenheden - gelukkig maar - nog steeds met hun precieze betekenis, waar de naam van de horecazaken etymologisch voor staan.

Een brasserie voor een bruisende zaak waar je bijna alle dagen, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat, terecht kan voor een ruim aanbod aan gerechten en dranken maar ook voor het nuttigen van alleen maar een koffie of cola, van een snack, een dessert, een taart of een ijsje et cetera.

Een bistro(t) voor een intiemere, kleine zaak met een eenvoudige kaart, dikwijls gepresenteerd op een krijtbord en met simpele, niet al te dure ingrediënten.

Een trattoria voor een Italiaanse eetgelegenheid waar je een carpaccio, een spaghetti al ragu, een tiramisu kan bestellen.

Het gegeven dat echte restaurants in hun officiële benaming het woord brasserie of bistro(t) opnemen, zorgt vanzelfsprekend voor verwarring. Bijna dagelijks ontstaan ook nieuwe concepten en thema's.

Waar moet een bezoeker zich aan verwachten?

Het gevolg daarvan is ook dat de gemiddelde consument het bos niet meer door de bomen ziet en hij ook achteraf in zijn beoordeling van prijs en/of kwaliteit onjuiste of onredelijke normen gaat hanteren en ‘appelen met citroenen’ vergelijkt.

Het feit dat restaurantgidsen er nog een schep bovenop doen en aan echte restaurants awards uitreiken als ‘beste brasserie’ of ‘beste bistro’ doet hieraan uiteraard geen deugd.

Vandaar hierbij een aanbeveling, een raad à la Tante Kaat. Stop met het geven van misleidende benamingen. Maak het de bezoekers van de nakomelingen van Boulanger gemakkelijk zodat zij huiswaarts in hun beoordeling slechts één enkele vraag dienen te beantwoorden: ben ik 'gerestaureerd’?

Dirk Van Reusel